OPRICHTING

Stop Afvalwater Schoonebeek (SAS)

Op * verschenen voor mij, mr. Leffert Reinsma, notaris te Coevorden:

  1. de heer BOB VREDEVELD;
  2. de heer SVEN ANSEM;
  3. mevrouw JENNEKE GESINE ENSINK,

hierna samen te noemen: ‘de oprichter’.
De verschenen personen hebben mij, notaris, het volgende verklaard:
De oprichter richt bij deze akte een stichting op en stelt daarvoor de volgende statuten vast.

STATUTEN NAAM EN ZETEL

Artikel 1.

  1. De stichting draagt de naam: Stop Afvalwater Schoonebeek (SAS).
  2. De stichting is gevestigd in de gemeente Emmen.

DOEL

Artikel 2.

  1. De stichting heeft ten doel het opkomen voor de veiligheid, de gezondheid en het welzijn van de inwoners van, alsmede voorkomen van aantasting van het milieu/de natuur in Schoonebeek en omgeving, door gevolgen van (uitbreiding van) mijnbouwactiviteiten in voornoemd gebied door te voorkomen dat deze (uitbreiding van) mijnbouwactiviteiten aldaar gaan plaatsvinden.
  2. De stichting beoogt het algemeen nut.
  3. De stichting heeft geen winstoogmerk.

Artikel 3.

De stichting tracht haar doel onder meer te bereiken door:

  1. het (doen) verrichten van fondsenwervende activiteiten om gelden te verwerven ten behoeve van het (doen) voorkomen van mijnbouwschade in de meest brede zin;
  2. het (doen) voeren van (juridische) procedures in verband met het voorkomen van mijnbouwschade;
  3. alle andere wettige middelen, die met het vorenstaande in de ruimste zin verband houden of daartoe bevorderlijk kunnen zijn.

GELDMIDDELEN

Artikel 4.

Het vermogen van de stichting wordt gevormd door:

  1. subsidies en donaties;
  2. verkrijging krachtens legaat of erfstelling;
  3. vergoedingen voor door de stichting verrichte prestaties;
  4. alle andere verkrijgingen en baten.

Erfstellingen mogen door de stichting slechts worden aanvaard onder voorrecht van boedelbeschrijving.

BESTUUR

Artikel 5.

  1. De stichting wordt bestuurd door een bestuur bestaande uit een door het bestuur te bepalen aantal van tenminste drie (3) of meer natuurlijke of rechtspersonen. Bestuursleden worden benoemd en ontslagen door het bestuur.
  2. Het bestuur kiest uit haar midden een voorzitter, secretaris, en een penningmeester. De functies van secretaris en penningmeester kunnen door één persoon worden vervuld.
  3. Alleen natuurlijke personen zijn benoembaar tot bestuurslid.
  4. Bestuurders worden benoemd voor een periode van drie jaar en is/zijn de aftredende bestuurder(s) terstond benoembaar voor de periode van drie jaar met een maximale tijdsduur van zes jaar.
  5. Het bestuurslidmaatschap beëindigd door:
    a. aftreden volgens het eventuele rooster van aftreden;
    b. op eigen verzoek door schriftelijk bedanken;
    c. door zijn faillissement of surseance van betaling of indien de schuldsaneringsregeling op hem van toepassing wordt;
    d. door zijn onder curatele stelling;
    e. door zijn overlijden;
    f. door zijn ontslag verleend door het bestuur om gewichtige reden;
    g. door zijn ontslag door de rechtbank op grond van het bepaalde per wet.
  6. De bestuursleden genieten als zodanig geen beloning voor hun werkzaamheden. Het bestuur kan besluiten tot vergoeding van reis- en verblijfkosten aan bestuursleden en vrijwilligers of derden.
  7. Indien een bestuur tijdelijk uit minder dan drie (3) personen bestaat blijft het niettemin bevoegd, onder gehoudenheid zo spoedig mogelijk zodanige maatregelen te treffen dat in de vacature(s) kan worden voorzien.
  8. Bij belet of ontstentenis van een of meer bestuurders zijn de overige bestuurders, of is de enige overgebleven bestuurder, tijdelijk met het bestuur belast. Bij belet of ontstentenis van alle bestuurders is een door de leden van een door het bestuur ingestelde continuïteitscommissie daartoe voor onbepaalde tijd aan te wijzen persoon tijdelijk met het bestuur belast.
  9. Bij de vervulling van hun taak richten de bestuurders zich naar het belang van de stichting en de met haar verbonden organisatie.

TAKEN EN BEVOEGDHEDEN VAN HET BESTUUR, VERTEGENWOORDIGING

Artikel 6.

  1. Behoudens beperkingen volgens de statuten is het bestuur belast met het besturen van de stichting.
  2. Het bestuur is bevoegd overeenkomsten aan te gaan tot verkrijging, vervreemding en bezwaring van registergoederen en tot het aangaan van overeenkomsten waarbij de stichting zich als borg of hoofdelijk mede-schuldenaar verbindt, zich voor een derde sterk maakt of zich tot zekerheidsstelling voor een schuld van een derde verbindt.
  3. Het bestuur is bevoegd tot vertegenwoordiging van de stichting voor zover de wet niet anders bepaalt. De bevoegdheid tot vertegenwoordiging komt mede toe aan twee gezamenlijk handelende bestuursleden. Het bestuur kan een bestuurslid en/of een derde machtiging verlenen om de stichting binnen de in de volmacht omschreven grenzen te vertegenwoordigen.

BESTUURSVERGADERINGEN

Artikel 7.

  1. Het bestuur vergadert tenminste éénmaal per jaar en voorts zo dikwijls als de voorzitter of een ander bestuurslid zulks gewenst acht. De oproeping tot een vergadering geschiedt schriftelijk/per mail tenminste zeven dagen van tevoren -de dag der oproeping en die der vergadering niet meegerekend- onder vermelding van de plaats van de vergadering en de te behandelen onderwerpen.
  2. Indien de bijeenroeping niet schriftelijk is geschied of onderwerpen aan de orde komen die niet bij de oproeping werden vermeld, dan wel de bijeenroeping is geschied op een termijn korter dan zeven dagen, is een geldige besluitvorming van het bestuur niettemin mogelijk, mits in de betreffende vergadering alle in functie zijnde bestuursleden aanwezig zijn en geen der bestuursleden zich alsdan tegen de besluitvorming verzet.
  3. De bestuursvergaderingen worden geleid door de voorzitter en bij diens afwezigheid door een door de vergadering aan te wijzen ander bestuurslid. Geldige besluiten kunnen slechts worden genomen indien tenminste de helft van de in functie zijnde bestuursleden aanwezig of vertegenwoordigd is.
  4. Van elke bestuursvergadering worden notulen gehouden door de secretaris of bij diens afwezigheid door een daartoe aangewezen bestuurslid. De notulen worden tijdens de eerstvolgende vergadering op de agenda gezet en vastgesteld in dezelfde bestuursvergadering en ten blijke daarvan door de voorzitter en secretaris van die vergadering ondertekend.
  5. Toegang tot de vergadering hebben de bestuursleden alsmede zij die door de ter vergadering aanwezige bestuursleden worden toegelaten.
  6. Een bestuurslid kan zich door een door hem daartoe schriftelijk gevolmachtigd mede-bestuurslid ter vergadering doen vertegenwoordigen. Een bestuurslid kan ten hoogste één mede-bestuurslid ter vergadering vertegenwoordigen.
  7. Een bestuurder neemt niet deel aan de beraadslaging en besluitvorming als hij daarbij een direct of indirect persoonlijk belang heeft dat tegenstrijdig is met het belang van de stichting en de met haar verbonden organisatie. Wanneer alle bestuurders een tegenstrijdig belang hebben en hierdoor geen bestuursbesluit kan worden genomen, is het bestuur niettemin bevoegd het bestuursbesluit te nemen.

BESLUITVORMING BESTUUR

Artikel 8.

  1. Ieder bestuurslid heeft één stem. Voor zover in deze statuten niet anders is bepaald, worden bestuursbesluiten genomen met volstrekte meerderheid van de ter vergadering uitgebrachte stemmen. Blanco stemmen worden geacht niet te zijn uitgebracht. Bij staking van stemmen wordt het voorstel in een volgende vergadering opnieuw aan de orde gesteld. Staken de stemmen wederom, dan is het voorstel verworpen. De voorzitter van de vergadering bepaalt de wijze van stemming.
  2. Buiten vergadering kunnen bestuursbesluiten worden genomen, mits alle bestuursleden in de gelegenheid worden gesteld hun stem uit te brengen en zij allen schriftelijk hebben verklaard zich niet tegen deze wijze van besluitvorming te verzetten. Een besluit is alsdan genomen zodra de vereiste meerderheid van alle bestuursleden zich schriftelijk voor het voorstel heeft verklaard.

BOEKJAAR EN JAARSTUKKEN

Artikel 9.

  1. Het boekjaar van de stichting valt samen met het kalenderjaar.
  2. Het bestuur is verplicht tot het houden van zodanige aantekeningen omtrent de vermogenstoestand van de stichting en van alles betreffende haar werkzaamheden, dat daaruit te allen tijde haar rechten en verplichtingen kunnen worden gekend.
  3. Het bestuur is verplicht binnen zes maanden na afloop van het boekjaar een balans en een staat van baten en lasten op te maken en op papier te stellen. De balans en staat van baten en lasten worden ontworpen door de penningmeester en aan het bestuur voorgelegd vóór een door het bestuur te bepalen datum. Vaststelling door het bestuur van de door de penningmeester ontworpen stukken strekt tot decharge van de penningmeester.
  4. Het bestuur is verplicht de in lid 2 van dit artikel bedoelde stukken, boeken, bescheiden en andere gegevensdragers alsmede de balans en staat van baten en lasten zeven jaren lang te bewaren.

STATUTENWIJZIGING

Artikel 10.

  1. Het bestuur is bevoegd te besluiten tot wijziging van de statuten.
  2. Een besluit van het bestuur tot statutenwijziging behoeft een meerderheid van twee derden van de stemmen, uitgebracht in een vergadering waarin alle in functie zijnde bestuurders aanwezig of vertegenwoordigd zijn. Is een vergadering, waarin een voorstel tot statutenwijziging aan de orde is, niet voltallig, dan wordt een tweede vergadering bijeengeroepen, te houden niet eerder dan twee en niet later dan vier weken na de eerste vergadering. In deze tweede vergadering kan ongeacht het aantal tegenwoordige of vertegenwoordigde bestuursleden rechtsgeldig omtrent het voorstel, zoals dit in de eerste vergadering aan de orde was, worden besloten, mits met een meerderheid van twee derden van de uitgebrachte stemmen.
  3. Bij de oproeping tot de vergadering waarin een statutenwijziging zal worden voorgesteld, dient een afschrift van het voorstel, bevattende de woordelijke tekst van de voorgestelde wijziging, te worden gevoegd.
  4. Een statutenwijziging treedt eerst in werking nadat hiervan een notariële akte is opgemaakt. Tot het verlijden van een akte van statutenwijziging is ieder bestuurslid bevoegd.

ONTBINDING EN VEREFFENING

Artikel 11.

  1. Het bestuur is bevoegd te besluiten tot ontbinding der stichting.
  2. Op het besluit van het bestuur tot ontbinding is het bepaalde in lid 2 van het vorige artikel van overeenkomstige toepassing.
  3. Bij het besluit tot ontbinding wordt tevens de bestemming van het liquidatiesaldo vastgesteld. Een na liquidatie resterend batig saldo wordt besteed ten behoeve van een algemeen nut beogende instelling.
  4. Na de ontbinding geschiedt de vereffening door de bestuurders.
  5. Een overschot na vereffening wordt uitgekeerd zoals door de vereffenaars te bepalen.
  6. Na afloop van de vereffening blijven de boeken en bescheiden van de ontbonden stichting gedurende de bij de wet voorgeschreven termijn onder berusting van de door de vereffenaars aangewezen persoon.
  7. Op de vereffening zijn overigens de bepalingen van Titel 1, Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek van toepassing.

SLOTVERKLARINGEN

De verschenen personen verklaarden ten slotte:

  • Eerste bestuur: Het eerste bestuur bestaat uit drie (3) bestuurders. Voor de eerste maal worden tot bestuurder benoemd:
    1. de heer Bob Vredeveld, sub 1 voornoemd, als voorzitter;
    2. mevrouw Jenneke Gesine Ensink, sub 3 voornoemd, als secretaris;
    3. de heer Sven Ansem, sub 2 voornoemd, als penningmeester.
  • Eerste boekjaar: Het eerste boekjaar van de stichting eindigt op een en dertig december twee duizend vier en twintig (31-12-2024).